Oefeningen groepsvorming groep 1/2
Hoe kun je aan groepsvorming werken met oefeningen voor groep 1/2?
Onderstaande oefeningen zijn geschikt voor de kleuters.
De zon schijnt op
Je noemt een kenmerk waar de zon op schijnt.
Bijvoorbeeld: De zon schijnt op kinderen met rood in het T-shirt. Alle kinderen met rood in het T-shirt blijven staan. De andere kinderen zoeken iemand op met rood in het T-shirt en vormen op deze manier groepjes. Als een groepje compleet is, kunnen de kinderen van het groepje zitten. De kinderen kunnen initiatief nemen om een groepje te maken. De kinderen kunnen elkaar helpen om een kind bij het groepje te vragen.
Ronde 1: de zon schijnt op kinderen met rood in het T-shirt.
Ronde 2: de zon schijnt op kinderen met de kleur blauw op de schoenen.
Ronde 3: de zon schijnt op kinderen met een vlecht in het haar.
Ronde 4: de zon schijnt op kinderen met blauwe ogen.
Ballon in de lucht
De kinderen zitten in een kring. Eén kind staat in het midden van de kring en houdt een ballon vast. Het kind roept een naam van een klasgenoot en gooit de ballon in de lucht. Het kind dat zijn of haar naam hoort, rent snel naar het midden en probeert de ballon te pakken voordat het de grond raakt. Als de ballon de grond raakt, start een nieuwe ronde.
Deze oefening kan uit meerdere rondes bestaan.
Groepjes maken
De kinderen vormen groepjes van drie of vier kinderen. Als een groepje
compleet is, kunnen de kinderen van het groepje zitten. De kinderen kunnen initiatief nemen om een groepje te maken. De kinderen kunnen elkaar helpen om een kind bij het groepje te vragen.
Ronde 2: maak een groepje van twee of drie kinderen met andere kinderen.
Ronde 3: maak een groepje met in ieder geval een jongen en een meisje in het groepje.
Ronde 4: maak een groepje met kinderen die je minder goed kent.
Klik hier voor meer informatie over de fasen van groepsvorming.